Over Poolse literatuur
en vertalen
Karol Lesman – vertaler
Van de dichters die ik vertaalde…
moest er één de eerste zijn…
Op de laatste maandag van september, bijna dertig jaar geleden, ging de telefoon. Ik nam op en hoorde de stem van een man die zich voorstelde als – zo heb ik pas onlangs vernomen – Reinjan Mulder, hoofd afdeling boeken van het Cultureel Supplement van de NRC. Hij vertelde dat de redactie van zijn krant over uit zeer betrouwbare bron verkregen aanwijzingen beschikte die hem deden vermoeden wie dat jaar de Nobelprijs voor literatuur zou krijgen. Het ging om een Poolse dichter en ik wist – zo vervolgde hij – vast wel om welke dichter het ging. Natuurlijk mocht hij de naam niet noemen, maar of ik voor aanstaande donderdagmiddag 13:00 uur niet een stukje wilde schrijven over deze vermoedelijke toekomstige Nobelprijswinnaar.
-
Bleke Niko van Tomek Tryzna
Alle vertalers zijn gelukkig, maar sommige vertalers zijn gelukkiger dan andere. Deze trieste maar ook oneerlijke gedachte schoot even door me heen, toen ik onlangs denkend aan vertalen (en ik denk altijd aan vertalen) in City of Glass, het eerste deel van Paul Austers The New York Trilogy, stuitte op de volgende passage: “She says the father talked…
-
Darek Foks, een openbaring
Een tijdje geleden schreef ik – zoals ook elders op deze website is te lezen – dat “halverwege de grauwe jaren negentig [van de twintigste eeuw] in een donkere kelder in het Poolse Wrocław, te midden van sombere, in het zwart geklede dichtende tijdgenoten een jonge vrouw in een felrode trui een ontroerend verhaal over…
-
De laatste hand van Wiesław Myśliwski
Geluk loont, anders wel vertalersgeluk ofwel euphoria semper. Jerzy Pilch, een van mijn favoriete Poolse auteurs en notoir innemer heeft eens gezegd: ‘Kiedy piszę, nie piję i kiedy piję, nie piszę.’ (‘Als ik schrijf, dan drink ik niet en als ik drink, dan schrijf ik niet’). Aan de liefhebber om te beoordelen of dat een…
-
Het gevaar van vertalen
In één opzicht heeft Stanisław Ignacy Witkiewicz het me gemakkelijk gemaakt. Bij het kiezen van een motto voor mijn avontuur dat het vertalen van diens Nienasycenie (Onverzadigbaarheid) uit 1930 is geweest hoefde ik slechts het motto dat hij deze roman meegaf over te nemen: ‘Toen ik mijn lot moest kiezen koos ik de waanzin.’ Soms…
-
Hoezo onvertaalbaar?
Soms blijkt pas bij aandachtige herlezing een op het eerste gezicht weinig complexe roman of een simpel uitziend verhaal plotseling onvertaalbaar. Dan grijpt de vertaler al snel naar zijn hoofd en vervloekt hij zichzelf, omdat hij voor die bloemlezing nu net dat ene verhaal heeft gekozen of omdat hij zijn uitgever heeft voorgesteld juist die…
-
De Jacobsboeken van Olga Tokarczuk
I “We gaan naar Stockholm” Als op de tweede donderdag van oktober kort na-enen bij zestien vertalers die op dat moment werken aan of inmiddels klaar zijn met de vertaling van dezelfde vuistdikke historische roman Księgi Jakubowe van Olga Tokarczuk een e-mail met alleen de vier bovenstaande woorden in het digitale postvak belandt, kan dat maar één…
Pas verschenen




Het paard – Sławomir Mrożek
Sławomir Mrożek (1930-2013)
‘Die neem ik’, zei de koper in het Engels en hij wees op de hengst.
‘Hij zegt dat hij die neemt’, vertaalde ik voor de baas van de paardenstoeterij overeenkomstig mijn rol van tolk.
‘Dat zal niet gaan, die is al verkocht.’
‘Ik ben helemaal nog niet verkocht’, zei het paard in onvervalst Pools.
‘Wat zei die?’ vroeg de koper.
‘Doet er niet toe’, zei de baas. ‘Soms kraamt hij onzin uit.’
‘Dat paard of anders helemaal niks’, zei de Amerikaan en hij hield zijn poot stijf. ‘Een mooi paard dat ook nog eens kan praten.’
De baas van de paardenstoeterij nam mij terzijde.
‘Dat paard kan ik nu juist niet verkopen, want het is geen paard.’
‘Wat is het dan wel?’
‘Twee agenten van de geheime dienst verkleed als paard, nog van vóór de revolutie. Iedere keer als onze Generalissimus een ritje te paard wilde maken, besteeg hij hen, dat wil zeggen: hem. Een persoonlijke lijfwacht.’
‘Wat doen ze hier dan nog?’
‘Ze verbergen zich. U zult begrijpen, nu na de revolutie hebben gewezen agenten van de geheime dienst geen gemakkelijk leven.’
Ondertussen kwam het paard-niet-paard bij ons staan.
‘Maak het nou, zeg’, zei hij tegen de baas. ‘Dit is onze enige kans om in Amerika te komen.’
‘Spreekt dat paard ook Roemeens?’ vroeg de Amerikaan, die wat dichterbij was komen staan.
‘Nee, alleen Pools. Waarom vraagt u dat?’
‘Ik ben vertegenwoordiger van een organisatie die een economisch hulpprogramma organiseert voor de landen in Oost-Europa. Dat paard sturen wij naar Roemenië voor het fokken, om het fokken van paarden daar op een hoger peil te brengen.’
‘Ik dank je de koekoek’, zei het paard en maakte zich uit de voeten.
‘Wat zei hij?’ vroeg de Amerikaan me.
‘Dat hij zo terugkomt’, loog ik. Uiteindelijk zijn dit onze zaken.
[uit: Een paard dat Pools praat en andere verhalen uit Midden- en Oost-Europa, uitgeverij Het Wereldvenster, 1998]
Deze website is mogelijk gemaakt met financiële steun van het Nederlands Letterenfonds.
Copyright Karol Lesman